Skip to main content

Iedereen maakt weleens een kookfout. Soms levert dat een teleurstellende maaltijd op, soms juist een verrassend lekkere twist. Maar wil je écht betere resultaten in de keuken? Dan helpt het om een paar klassieke valkuilen te vermijden. In dit blog lees je de 5 meest voorkomende kookfouten én hoe je ze oplost.

1. Te weinig of juist te veel olie gebruiken

Veel thuiskoks durven nauwelijks olie te gebruiken of gieten juist de halve fles in de pan. Beide zorgen voor problemen: je gerecht wordt te droog of te vet.
Tip: gebruik een eetlepel olie voor bakken of roerbakken en kies de juiste olie: olijfolie voor salades en milde verhitting, zonnebloem- of arachideolie voor hoge temperaturen.

2. Groenten te lang koken

Door groenten eindeloos in kokend water te laten liggen, verlies je smaak, kleur en vitamines.
Tip: kook groenten kort en beetgaar, of stoom ze voor extra smaakbehoud. Wok je liever? Gebruik hoge hitte en korte baktijd.

3. Koud vlees in de pan leggen

Vlees dat net uit de koelkast komt, gaart ongelijkmatig en wordt minder mals.
Tip: haal vlees altijd 15–20 minuten voor bereiding uit de koelkast. Laat het even op kamertemperatuur komen en dep het droog voor een mooie korst.

4. Geen geduld bij suddergerechten

Stoofschotels, sauzen en soepen hebben tijd nodig om smaken te ontwikkelen. Wie het vuur te hoog zet, krijgt vaak taai vlees en een bittere smaak.
Tip: zet het vuur laag, gebruik een goede braadpan en neem de tijd. Juist langzaam sudderen zorgt voor mals vlees en diepe smaken.

5. Vergeten te proeven

Misschien wel de grootste fout: niet tussendoor proeven. Hierdoor kan een gerecht te flauw, te zuur of te scherp eindigen.
Tip: proef tijdens het koken en pas op smaak aan met kruiden, peper en zout. Kleine correcties onderweg maken het verschil tussen ‘mwah’ en ‘wauw’.